Getuigenis 1

“Het was mijn schuld, zei hij, ik vroeg erom.”

Perfectionist
Vijf jaar waren we getrouwd. Maar sinds de geboorte van mijn zoontje drie jaar geleden werd het helemaal de hel. Voor mijn zoontje, mijn 13-jarige dochter uit een vorig huwelijk en mezelf. Hij wou dat alles perfect was: het huis, de kuis, het eten, zijn nachtrust, mijn glimlach. Zijn gezin moest hem verafgoden, hem vrolijk stemmen. Maar nooit was het helemaal zoals hij het wou. Hoe hard ik ook probeerde. De kleinste aanleiding maakte hem gewelddadig. De handdoeken die niet volgens de juiste kleur en grootte lagen, de kinderen die te druk waren, het eten dat niet op tijd klaar was. Hij besliste hoeveel ik at, wat ik dronk en wat ik op mijn computer of gsm mocht doen. Alles controleerde en bepaalde hij.

Hij vond zichzelf gul en zorgzaam en belangrijk. Anderen deden moeilijk. En alles was mijn schuld. De kinderen en ik liepen op de tippen van onze tenen uit schrik voor een woede-uitbarsting. Wat we ook deden, die kwam toch. Dag en nacht heerste er angst in ons huis.


Blauwe plekken en lange mouwen
Fysiek, psychisch, financieel en seksueel geweld, ik heb het allemaal meegemaakt. Op de begrafenis van mijn grootmoeder – een warme dag was het – verstopte ik de blauwe plekken met extra gezichtspoeder en lange mouwen.

Als ik me maar zo hard mogelijk aanpaste, dan zou ik de kinderen kunnen beschermen en zouden ze niets merken. Dacht ik. Pas na de scheiding besefte ik ten volle hoe die jaren hel ook hen bepaald hadden. Pas nadien bloeiden ze open en lieten hun stress varen.
Hoewel de agressie na de geboorte van mijn zoon verergerde, werd ik er stilaan apathisch voor. Ik functioneerde vanuit een overlevingsinstinct. Alles deed ik om iedereen en vooral hém kalm te houden. Om zijn humeur te milderen, zijn agressie te voorkomen. Te moe was ik om te vechten.

Keerpunt
Toen ik – op Moederdag – terugkwam van spoed nadat hij me een gat in mijn hoofd had geslagen, lag hij rustig te slapen. Op dat moment wist ik: op een of andere dag zou hij me gewoon doodslaan. Ik had geen andere keuze dan vertrekken. Voor mezelf en mijn kinderen. In al de jaren daarvoor kwam ik regelmatig bij de huisdokter met letsels van partnergeweld. Nadien bleek er nauwelijks iets van in mijn dossier terug te vinden. Pas op die bewuste Moederdag gaf de spoedarts me een attest mee met een verklaring van mijn letsels en de melding dat het niet de eerste keer was. Ze raadde me aan aangifte te doen.

Geheim stappenplan om bij hem weg te gaan
Bij de politie en het CAW werd ik van het kastje naar de muur gestuurd. Altijd opnieuw moest ik aan andere mensen mijn verhaal doen. Het was de mevrouw van Slachtofferhulp die me echt hielp en me kon zeggen welke stappen ik moest zetten om thuis weg te gaan. Via een lijst die ik van haar kreeg, ben ik in het geheim de nodige documenten beginnen verzamelen: identiteitskaart, volmachten op rekeningen, medische attesten van slagen en verwondingen enzovoort. Intussen ben ik één jaar gescheiden. De problemen zijn nog niet voorbij, maar mijn leven is geen hel meer. Niet voor mij. En niet voor mijn kinderen.